Zuidelijk Afrika (2010-2011)

(Zimbabwe, Botswana, Namibia, Zuid Afrika)

 

 

Tijdens deze reis hebben we veel kilometers afgelegd, veel dieren (meer dan 150 vogelsoorten, 45 soorten Zoogdieren, 15 soorten Reptielen, vele Ongewervelden) en planten gezien en veel beleefd. Hoewel de nadruk op deze site op het lopen ligt, zal van dat alles toch iets te merken zijn.

 

 

   Met dank aan Peter de Vries voor de hulp bij het determineren van diverse

 

planten, bidsprinkhanen en kleine antilopen,

 

aan Ina de Vries voor haar bijdrage aan de kennis omtrent

 

"hottentotsgotte" en "spinnekoppe" en

 

aan Willem-Jan, Ilse en Jan S. voor het leveren van een aantal foto's.

 

 

 

< 16-18 december: bij Victoria Falls >       < 19-23 december: naar en in de Okavango Delta (gamewalks)>

 

 

       < 24-27 december: naar en in N.P.Etosha>

 

 

< 28-30 december: naar Brandberg, Cape Cross en Swakopmund >

 

 

< 31 december - 1 januari: naar en in Sossusvlei (Duin 45) >

 

 

< 2-3 januari: naar en in Koiimasis (nightdrive) >       < 4-6 januari: Fish River & Oranje Rivier >

 

 

< 7-11 januari: De Westkaap, naar en in Kaapstad>

 

 

 

16-18 december: Victoria Falls, Zimbabwe; Hotel "Elephants Hills"

Via Johannesburg kwamen we op Victoria Falls aanvliegen, waar de truck op ons stond te wachten.

 

Ons begeleidend drietal bestond uit:

 

 Esther "Leading Lady" Mkali, begeleidster

 

 

 Justin "Aan tàfel" Phiri, kok  Phineas "Lekkerrrrr" Bko, chauffeur

 

 

Onze eerste volledige dag, de 17e, maakten we in het Victoria Falls Nat. Park een rit op een Afrikaanse olifant, een geweldige belevenis.

 

 

 

 

Daarna hebben we in het immense park rond het hotel onze eerste "bushwalks" gehouden. In het totaal betrof het 6,4km.

 

 

 De eerste tocht, over het terrein van hotel

 "Elephants Hills Resort" (linksonder)

 

Omdat de dieren mensen gewend waren, waren ze redelijk gemakkelijk te benaderen: impala's (roodbokken), waterbokken, wrattenzwijnen, groene meerkatten, kleine zilverreigers e.d.

 

 

's Avonds maakten we nog tocht over de Zambesi: olifanten, nijlpaarden, de Afrikaanse visarend e.d. Rond de naamgeving van de dieren het volgende: de groene meerkat is een apensoort die in het Engels "vervet monkey" heet en in het Zuid Afrikaans "blouaap".  Een en ander leidde nog wel eens tot spraakverwarring.  Wie overigens het balzakje van de mannetje wel eens heeft gezien, weet hoe de Zuid Afrikaners aan de naam komen.

 

 

De 18e gingen we met de shuttlebus naar het plaatsje Victoria Falls, om daarna het Nat.Park in te gaan en langs de waterval(len) 7,7 km af te leggen. We ontmoetten er een gezinnetje Chobe-bosbok.

 

 

 

 Devil's Cataract

 

 

 De Main Falls

 

 

 Het laatste deel, met uitzicht op Zambia

== foto's ==

 

19-20 december: van Vic.Falls naar het Thebe River Camp, bij het Chobe Nat.Park, Botswana

Voor het eerst zetten we onze tenten op. 's Ochtends de gamedrive en tegen de avond de vaartocht. We zagen o.a. veel soorten reigerachtigen (Slangenhalsvogel, Groenrugreiger, Ralreiger, Kwak ["Gewone Nachtreiger"], Koereiger, Kleine en Grote Zilverreiger, Purperreiger, Reuzenreiger, Zwarte Reiger, Hamerkop, Zadelbekreiger, Maraboe, Openbekooievaar, Heilige Ibis ["Schoorsteenveger"], Hadeda en Glans-ibis). Daarnaast zagen we natuurlijk olifanten, bavianen, nijlpaarden, nijlkrokodillen en een aantal antilopen. Naast impala's waren dat Bastaardwaterbokken ("Rooi Lechwe"), Puku's ... en een jonge Rietbok. Het feit dat er, in de zomer, nog (zeer) jonge dieren tussen liepen, maakte het determineren er niet gemakkelijker op.

 

 De gamedrive en de vaartocht in het

 Chobe Nat.Park

 

 

 Opnieuw zagen we de

 Visarend

 

 

 

 Twee mannelijke Puku's, het linker is een jong  Een jonge mannelijke Basterdwaterbok

 

 

 Jonge Rietbok tussen de Puku's

 

De tweede nacht werden de tenten getest op waterdichtheid (en wij op onze opzet-bekwaamheid): een tropische regennacht!

 

21 december: van Thebe River Camp naar Camp Kwando, Namibia

Tijdens de busreis eerst maar eens een verrassing langs de kant van de weg ...

 

 Sabelantilopen

 

Daarna langs een secundaire weg naar de camping. Daar de tent opgezet ...

 

 

... en daarna een korte wandeling (van ong. 1 km) die ons naar het dorp bracht, waar we over de traditionele leefwijze van de bewoners werden geïnformeerd (o.a. met demonstratie van een hippo-trom, die het dier moest doen naderen) en er voor ons werd gedanst.

 

 

's Avonds hebben we op het terras bij de rivier, de Kwando, een wijntje gedronken en vleermuizen zien hangen. De volgende ochtend nog wat gevogeld langs de zuidzijde van de camping.

 

 

 

 

22 december: van Camp Kwando naar Mbiroba Camp, Seronga, Botswana (beperkte beschikbaarheid electra)

Via Divundu reden we naar Sepupa, in Botswana, waar we afscheid namen van Phineas, onze chauffeur, maar ook van het grootste deel van onze persoonlijke bagage. Snelboten brachten ons via een kronkelig traject naar Seronga, waar een vrachtauto ons naar het kamp ("Mbiroba") bracht.

 

 

 

 Via snelboten ...  ... een vrachtauto en (de volgende dag)...

 

 

 na 't klaarmaken voor vertrek (van Willem-Jan)   ... onderweg (idem)

 

 

 ... met de mocoro's diep de Okavango-delta in

 

De camping had schaduw en koel vocht. Het was er goed toeven.

 

 

23 december: van Mbiroba Camp naar het camp in de Okavango Delta, Botswana (geen sanitair, geen electra)

's Ochtends dus weer in de vrachtauto en nu naar Gabamukuni. Hier lagen de mocoro's klaar. Koelbox met eten en drinken, tenten en onze kleine rugzakken erin en varen maar.

 

 

Na aankomst zetten we de tenten op, werd er een latrine gegraven en wachtten we het moment van onze eerste bushwalk af.

 

 

Deze leverde onder andere olifanten, wrattenzwijnen en bavianen op. Ook zagen we de sporen van de civetkat.

 

 

Vervolgens naar de ondergaande zon gevaren ...

 

 (van Jan S.)  (van Ilse)

 

 

 

 ... en terug naar ons kamp.

's Avonds een "bonte avond": de mocoro-bestuurders lieten ons liederen uit hun eigen traditie horen. Daarna waren wij aan de beurt. Gelukkig hadden we de Vlaamse Jannen, die op hun eigen wijze een spetterende show konden geven.

Wilde je 's nachts naar de latrine, dan moest er wel iemand mee om nieuwsgierige olifanten en/of nijlpaarden op afstand te houden. Dat bleek niet nodig.

 

 Bushwalk 1 (5,0 km)  Bushwalk 2 (3,6 km)

 == foto's ==

 

 

24 december: vanuit de Okavango Delta naar de Rainbow River Lodge bij de Popa Falls, Namibia

Eerst nog een bushwalk, met een olifant in de onmiddellijke nabijheid.

 

 

Daarna de weg terug naar de bewoonde wereld: eerst de mocoro ....

 

 Het instappen

 

vervolgens overstappen op de vrachtauto, de snelboten en daarna onze "eigen" truck, met Phineas. We reden doòr tot de Rainbow River Lodge. Even de tent niet opzetten, een diner (niet zo goed overigens) op "gewone" stoelen en aan een tafel en slapen onder een klamboe, een hele afwisseling.

 

 Het restaurant van de Rainbow River Lodge

 

 

25 december: van Rainbow River Lodge naar de Namutoni-camping in het Nat. Park Etosha, Namibia

Een lange reis (640km [!!], vooral over de B8 en voorlopig voor het laatst over asfalt) en natuurlijk met een lunch-stop langs de weg ...

 

 

bracht ons in het Etosha Nat.Park. Een uitzonderlijke 1e Kerstdag.

 

 

Bij de dichtstbijzijnde "waterhole" zagen we de zon onder gaan.

 

 

Daarna nog  een "dagsluiting" (Kerstnachtviering) door de Vlaamse Jannen.

 

 Een still uit de opera "Ploem, ploem, ploem..."

 

 

26-27 december: van Namutoni dòòr het park naar Etosha Safari Camp, Namibia

Twee dagen gamedrive door Etosha: enorm veel waarnemingen. De dieren waren dorstig, we "scoorden" dus veel bij de waterholes. De "Etosha Pan" stond droog (en dan ook echt!)

 

 Grijze Wouw

 ("Blouvalk")

 Vorkstaartscharrelaar

 ("Gewone Troupant")

 

 

 Mannelijke Kudu

 

 

 Een mannetje Steenbok-antilope in de schaduw

 

 

 Etosha Pan

 

 

 "Mislukte" Zebra  Zadeljakhals ("Rooijakkals")

 

 

 Een Moringa

 (uit het Sprookjesbos)

 

Ina de Vries wees mij op de volgende tekst in Wikipedia <Zuid Afrika> (www.af.wikipedia.org):

" 'n Hottentotsgot of hotnotsgot is 'n insek wat tot die order Mantodea behoort. Daar is ongeveer 2200 verskillende spesies hottentotsgotte, versprei oor 9 families. Hierdie insekte word regoor die wêreld in matige en tropiese habitatte aangetref." Nou, daar kwamen we er nu de eerste van tegen. Duidelijk zal zijn dat het determineren niet eenvoudig was.

 

 Een bidsprinkhaan (Sphodromantis [gastrica?])  Badende Hyena  Spiesbok (Gemsbok)

 

 

 Zwarte neushoorn met jong, bij Okaukuejo

 == foto's ==

 

 

28 december: van Etosha Safari Camp naar Brandberg White Lady Camp, Namibia (beperkt sanitair; nauwelijks electra)

Eerst naar Outjo om daar inkopen te doen en de Himba te ontmoeten.

 

 Onderhandelingen met de Himba

 

Daarna een lange rit over "eenvoudige" wegen.

 

 Tussen Outjo en Brandberg

 

 

 Het Brandberg-complex

 

 

 

 

 Een (klein) deel van het campingterrein met het Brandberg-complex met het Brandberg-complex op de achtergrond

 

 

 

 

 De tocht naar de White Lady-rotsschilderingen

 (heen en weer 5,4 km)

 Namaqua-zandhoen ("Kelkiewyn")

 

 

 De rotsschilderingen van White Lady

 

 

 Kenmerkend terrein in Damaraland

 

 

29-30 december: van Brandberg via Cape Cross naar "Amanpuri Travellers Lodge", Swakopmund, Namibia

Op weg naar Cape Cross kregen we een lekke band. Om zo min mogelijk tijd te verliezen werd besloten door te rijden, opdat wij tijdens het bandverwisselen de pelsrobbenkolonie konden bezichtigen.

De band zag er bij ons uitstappen dan ook niet meer uit.

 

 

We bekeken de kolonie (meer dan 100.000 dieren, waarvan een niet onaanzienlijk aantal dood). De stank was ondragelijk.

Daarnaast (letterlijk) waren repro's van de kruizen te zien die de Portugezen bij het landen op deze kust hadden geplaatst. Even verderop lag een van de vele vòòr de kust gestrande schepen.

 

 

Uiteindelijk kwamen we in Swakopmund aan, waar we weer eens in een lodge sliepen. We troffen het niet: onze kamer opende op de parkeerplaats waar juist voldoende ruimte was voor een paar trucks: een "prachtig" uitzicht.

De overnachting was op geruime afstand van de binnen"stad". We hebben dan ook in het totaal meer dan 15 km gelopen. Twee hoogtepunten: de township (incl. DRC = Development Resettlement Community; waar je een hutje in afwachting van een echt huisje mag plaatsen) en het brakwaterreservaatje aan de zuidkant van het plaatsje. Overigens de breedte van de straten werd indertijd bepaald door de noodzaak er je ossenwagen te kunnen draaien.

 

 De lodge  Brede straten, Duitse invloeden  Op de markt  De (houten) pier  Het reservaat  Verrassende begroeiïng: Cotyledon spec. ("Plakkies")

 

 

 

 

 De township  Bij de Nama-kruidendokter

 

 

 Vier Herrero-dames

 

Het is grappig te weten dat de traditionele dracht van de Herrero-vrouwen ontworpen is door de vrouwen van de Duitse settlers: ingepakte boezems leidden hen minder af. Wie overigens bedacht dat de horizontale staven in de hoofddeksels moesten worden opgenomen, vertelt het verhaal niet. Zeker is dat daarmee een koe wordt gesymboliseerd en dus de vruchtbaarheid vergroot. Zo'n wandeling is uiterst leerzaam!

 

 Iets drinken in de Sheeba  Op de foto met één der chiefs van de Damara: "Ouma"

 

 

 En dan: "wormen"-eten

 tijdens een Ovambo-

 maaltijd. (M.i. een soort

 "meelwormen" [of

 miljoenpoten].)

 

Aan het eind van het bezoek werden we uitgebreid toegezongen door de schoolkinderen van Mondesa.

 

== foto's ==

 

31 december - 1 januari: van Swakopmund naar de Campsite van Sesriem/Sossusvlei, Namibia

De volgende dag zetten we onze reis voort over de C- en D-wegen van Namibia. Je kon er dus op wachten: Pang ...... de volgende lekke band.

De krik eronder er vervangen. (We waren hiermee door onze reservewielen heen.)

 

 

Hierna een prachtige stop, opeen plaats waar weinig meer was dan woestijn (Naukluft) met een paar prachtige kokerbomen (Aloë dichotoma)

 

 

Daarna weer verder: op weg naar het Solitaire van Van der Ree, waarbij we de Steenbokskeerkring passeerden. Er bleek regen op komst.

 

 De Naukluft, met regendreiging (zeldzaam!)

 

Die kregen we bij onze stop "in" Solitaire. (Sommige "plaatsnamen" op de kaart geven ranches, of zoals hier, uitspanningen aan.) Het gebak van Moon was zo lekker als het boek ons had beloofd!

 

 

 

 De camping te Sesriem

 

 

De volgende dag er vroeg uit (wanneer deden we dat eigenlijk niet?) om de zon over Duin 45 te zien opkomen. Ai, twee dagen per jaar is het bewolkt: we maken zeldzame momenten mee!! Let wel: het is de eerste ochtend van 2011.

 

 In afwachting  Je kunt blijven fotograferen!  Op weg naar de Dode Vallei  Weer omhoog, met Sander in het centrum  De (nu halfdroge) Sossusvlei

 

Die ochtend liepen we zo'n 6 km. 's Avonds gingen we de Sesriem-kloof in om daarna de zonsondergang (wel) mee te maken.

 

 

 

 

 

 

 

 

's Avonds nog een bijzondere ontmoeting: opnieuw " 'n hottentotsgot".

 

 Empusa guttula [of Idolomorpha dentifrons], een

 bidsprinkhaan

 

 

== foto's ==

 

2-3 januari: van Sesriem naar de Koiimasis Ranch, Namib Rand, Namibia

Over de C27, de D707 en de E-verzin zelf maar wat. naar een camping waarvan we in eerste instantie de leut niet zagen.

 

 Hoodia gardonii ("Wildeghaap")

 

Er was geen schaduw, geen electra, geen water ... (... geen water? en die schitterende doucheruimtes en toiletten dan?)

 

 

Het was wennen: ja de boompjes hadden nog een lange weg te groeien en snel zal het in die droogte niet gaan, maar al gauw waren we onder de indruk van Koiimasis: een hoogtepunt, ...

 

 Eerst letterlijk, van bovenaf (van Willem-Jan)

 

... want ...... eerst de "nightdrive"

 

 

 

 (met dank aan Willem-Jan)

 

 

 Struikhaas ("Kolhaas")   Kaapse Vos (Cama Vos) ("Silwervos") (zeldzaam)

 Grootoorvos ("Bakoorvos"); maar waarom

 probeert zij ons af te leiden?

 De jongen (daarom!!)

 

 

 Gevlekte Oehoe  Weer eens een Steenbok-antilope

 

 

 Blaffende Gekko

 

Verder zagen we een Caracal (Woestijnlynx), een Afrikaanse Wilde Kat (Felis sylvestris), Springbokken, een paartje Klipspringer, een schorpioen en onnoemelijk veel sterren.

De volgende ochtend er weer vroeg uit voor een ochtendwandeling: om de zon te zien opgaan en (wie weet, toch nog) een luipaard? We legden 7,4 km af, maar geen luipaard gezien.

 

 

 

 De zon is juist op; zie de schaduwen...  De stop bij de "waterhole"

 

 

 

 

 

 

 De kloofwandeling: 2,3 km ruigte

 

== foto's ==

 

4 januari: Van Koiimasis naar Camp Hobas bij Fish River Canyon, Namibia

De volgende ochtend: terug naar de D316 en verder naar het zuiden.

 

 

Nadat we de B4 (asfalt!) bereikt hadden, zijn we bij Seeheim dòòrgereden naar Keetmanshoop (om dus), om aan een reservewiel te komen. Er zouden immers niet alleen vandaag nog heel van C- en D-weg-kilometers volgen.

Zonder problemen kwamen we in Camp Hobas aan. Nadat we onze tenten er hadden opgezet, gingen we dòòr naar de canyon. Daar hebben we 2,3 km gelopen.

 

 

 

 Annelies ...  ... de regen (en ondergaande zon) en ...  ... onweer en bliksem

 

 

5-6 januari: Van Camp Hobas naar Fiddlers Creek, bij Modderdrift, Zd Afrika

Als troost, na het slechte weer van gister met zijn "beperkte fotografische mogelijkheden" gaan we opnieuw naar de canyon. De plaatjes zijn inderdaad (nog) fraaier. We stonden aan het begin van de Fish River Trail, maar mogen overigens, in zomertijd, de canyon niet in: gemiddeld 45ºC. wordt als (te) ongezond beschouwd.

 

 Het verlaten van Camp Hobas  De kloof met Aloë gariepensis  De kloof met de Fish River

 

Vervolgens reden we naar Ai-Ais, waar de trail eindigt. Leuker was het bezichtigen van de warme baden en de vogels. We hebben er meer dan 1,7 km rondgelopen. De temperatuur was meer dan 45ºC.

 

 

 

 Ai-Ais  Het droogstaande reservaat aan het eind van de trail

 

 

 De warme baden

 

 

 Zwaluwstaartbijeneter

 

Vervolgens reden we door naar de Zuid Afrikaanse grens, onderweg de problemen ontmoetend die optreden naar een zware regenbui. Het had hier zeker zo hard geregend als gister bij de canyon. Van de weg was op sommige plaatsen maar een nauw pad over.

 

 

Maar zonder problemen kwamen we bij de grens, steken de Oranje Rivier over ...

 

 

... en passeerden we Viooldrif. We reden (even) op asfalt, de N7, maar al heel gauw sloegen we rechtsaf en reden ong. 10 km naar het westen, "Fiddlers Creek" tussen Noordoewer en Modderdrift (en na Kotzeshoop).

 

 

Vervolgens zetten we de tenten op.

 

 

De volgende dag hebben we eerst gekanoëd (en gezwommen) van Viooldrif naar de camping (9,1 km).

 

 

 

 Sander als een soort nautische Atlas

 

Daarna was het de schaduw zoeken: de thermometer gaf 50ºC. aan (en gaf het op). We konden nog steeds lachen, want het dak werd gekoeld met riverwater; de vogels genoten van die douche.

 

 Oranjerivier-glasoogjes onder de douche

 

== foto's ==

 

-8 januari: van Fiddlers Creek naar Sanddrif Campsite, Cederbergen, Zd Afrika

De volgende ochtend, vòòr het vertrek zag men mij de douche-ruimte uitrennen. Ik had mijn camera nodig, vanwege een schorpioen. Na (mijn) terugkomst bleek hìj graag gefilmd te worden: hij was er nog.

 

 Parabuthus capensis (??)

 

 

Hierna vertrokken we; op weg naar de Cederbergen.

De natuur werd allengs groener. In het voorjaar echter zou deze omgeving één bloemenzee zijn; zò zag het er nu ook weer niet uit.

 

 

Zoals zo vaak, lunchten we onderweg. Hieronder zie je één van onze meest actieve ambulante vaatwas- en droogmachines in werking: Willem-Jan.

 

 

 

 Het werd groener en groener

 En toen weer een "grintweg" (40 km; links te zien) door een

 schitterend dal

 

We bezochten de wijnproeverij die "bij de camping hoorde" en schaften voor een permit voor de Wolfberg Cracks Trail aan.

De volgende ochtend gingen we op weg naar die Cracks.

 

 

 

 

 

 (van Ilse)

 

 

 Dan hier overheen ...  ... en hieronderdoor

 

 

 Bijna boven

 

 

 

 

 En weer omlaag

 

 

 En zo zag het hoogteprofiel eruit ..

 

Heen en terug was het 7,4 km. 's Middags was er tijd voor wat zwemmen in de Olifantsrivier of wat rondlopen. Het ontmoeten van twee jonge, mannelijke bavianen was een belevenis op zich.

Die avond was de laatste die we gezamenlijk optrokken. De Jannen maakten er weer een geweldige show van. Ons begeleidend team dankte ons in ontroerende en ontroerde woorden voor onze attentie.

 

 Esther tijdens haar "laatste mededelingen"

 

 

9-11 januari: van Sanddrif (Cederbergen) naar Hotel "Ritz", Kaapstad, Zd Afrika

Vòòr we vertrokken nog een kleine verrassing ("It is all Africa, man"): bij twee van onze tenten had zich een spin (ong. 10 cm in lengte en breedte) verstopt.

 

 "Kaapse Regenspin" (Kaapse Reënspinnekop)  Dezelfde, maar nu in de ochtendzon

 

Ze zijn voor Bobiaanspin en voor Vioolspin uitgemaakt, maar mij bevredigde dat toch niet. Maar ook bewoners van de streek wisten hem niet te benoemen. Men wist mij niet meer te vertellen dat deze dieren tamelijk ongevaarlijk zijn, maar imponeren omdat ze dol zijn op (je) schaduw en daar achteraan rennen als je aan ze probeert te ontsnappen. Bij gebrek aan beter zijn het dus "Schaduwrenspinnen".

Volgens de laatste gegevens is het echter een "reënspinnekop" ("regenspin" zouden wij zeggen; Palystes spec.) Ja, hij bijt en komt daarbij door onze huid. Waar men ooit meende dat hij ernstig giftig is, heeft onderzoek aangetoond dat de beet met een bijensteek te vergelijken is (met alle eventueel bijverschijnselen). Het beest eet naast insekten (krekels bv) ook gekko's, vandaar de naam "akkedisvretende spinnekop".

Nu eerst weer 40 km terug naar de N7 om daarna snel Kaapstad te bereiken.

Het "Ritz" heeft een schitterend, in een uur ronddraaiend restaurant bovenin. Het beviel ons zò, dat we er twee avonden hebben gegeten. Met "levende" pianomuziek en (buiten) een jagende Torenvalk.

 

 

 

 

 Een half uurtje later

 

 

De eerste dag, 9 januari, we konden het niet laten, hebben we door Kaapstad gezworven: 14,1 km.

De volgende dag: met de (blauwe) Cityhopper naar Kirstenbosch, een grote, schitterende, botanische tuin. Er bloeiende niet zoveel; dat wilde zeggen dat het nu nog een beetje te overzien was.

In Kirstenbosch hebben we 4,3 km gelopen, daarna, in Kaapstad nog 7,1 km. (Ik meld dat om het opnemen van dit verhaal, deze foto's, op deze wandel-site te legitimeren.)

 

 

 

 Oranjeborst-honingzuiger

 ("Oranjeborssuikerbekkie")

 mn.

 Protea repens

 ("Opregte suikerbossie")

 

 

 Zaailingen van de Welwitschia mirabilis  De Kamferbomenlaan  Weer terug naar Kaapstad (uitzicht op Lion's Head)

 

Hierna nog wat tochtjes gemaakt: naar het Melkbosstrand met zijn uitzicht op de Tafelberg.

 

 

Verder via Stellenbosch (wandeling) naar Strand (dat is een plaats bij Somerset-west) en de kustweg van het Kogelberg Natuurreservaat.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 (met dank aan Cornel Fourie)

 

 

Vervolgens restte nog een bezoek aan Ceres, de route ging over Baines' Pas (en door zijn kloof). Opvallend was de flauwe (en constante) hellinghoek van de weg. Maar als je meer weet van de trekkracht van ossen, zie je ze daar "vanzelf" bezig.

 

 Baines' Pas

 

Rest nog een foto van een schitterende epiphyt in een tuin in Ceres, waarschijnlijk Tillantia tenuifolia, dwz het blad is wel "een beetje" "tenuis".

 

 Tillandsia (tenuifolia ?)

 

Nou, het was wel een aardige vakantie.